Afgelopen dinsdag was het anderhalf jaar geleden dat ik moeder werd. Dat zijn 18 maanden waarin ik samen met mijn kind de meeste prachtige dingen uit mijn leven heb meegemaakt maar ook moeilijke tijden ben doorgegaan, voornamelijk persoonlijk. Ik weet nog als de dag van gisteren dat ik tijdens mijn zwangerschap besloot voor mijn kindje te gaan en dat mijn ouders liet weten met een kaartje waarin ik had geschreven: “Hoe moeilijk ook, ik ga er nu voor 200% voor”.
Sinds dat besluit heb ik dat dag in dag uit naar mijn vermogen gedaan. Soms ging het me gemakkelijk af, soms ging ik op automatische piloot en soms ging het juist helemaal niet vanzelf. En of het nou wel of niet goed met me ging, naar de buitenwereld toe hield ik mijn hoofd hoog en mijn schouders recht om anderen ook maar geen seconde het idee te geven dat ik zwak was. Ik had en heb een enorme bewijsdrang om van het stigma af te komen wat nog veelal heerst over alleenstaande moeders. Namelijk dat ze lui zijn, niet willen werken, laagopgeleid zijn of zelfs dat ze niet capabel genoeg zijn om hun kinderen netjes op te voeden. Vandaar ook mijn keuze om het uiterste van mezelf te vergen en een universitaire studie te gaan volgen.
Met regelmaat krijg ik reacties van lezeressen op artikelen, mailtjes of comments op Instagram foto’s dat ze zo’n respect voor mij hebben of dat ik een voorbeeld zou zijn. Ik vind het altijd zo moeilijk om daar op te reageren. Ik ben niet het soort persoon wat makkelijk complimenten ontvangt of aanneemt. In werkelijkheid ben ik ontzettend onzeker en vraag ik me bijna dagelijks af of ik wel de moeder ben die mijn zoontje verdient en of ik mijn ouders wel trots maak.
Hoewel ik misschien sterk lijk, ben ik dat lang niet altijd. Het is niet vaak gebeurd dat ik ‘brak’ bij bijvoorbeeld mijn ouders of zussen maar er zijn wel dagen geweest dat ik het niet meer zag zitten als ik met wallen tot mijn enkels liep of als ik een tegenslag kreeg op persoonlijk of financieel vlak. Er zijn nachten geweest (en die zijn er soms nog) dat ik huilend op de bank zit of in bed lig omdat ik eenzaam ben en me afvraag of ik ooit het leventje ga krijgen wat ik zo graag wil en waar ik nu zo hard voor werk. Dan vraag ik me af of ik ooit weer iemand van het andere geslacht kan vertrouwen. Er zijn momenten dat ik op mezelf ben en terug kijk op mijn zwangerschap, maar ook op de periode met mijn ex (de ‘vader’ van Maxim) en nog steeds dezelfde scherpe pijn voel als toen.
Wat ik hiermee wil zeggen? Ik ben een alleenstaande moeder die het hartstikke fijn vind als ik een voorbeeld kan zijn voor andere moeders die in dezelfde of een soortgelijke situatie zitten. Dat ik ze door voorbeelden uit mijn leven kan laten zien dat je op kunt krabbelen en dat je het wél zelf in de hand hebt. Maar ik ben niet altijd sterk en ik leer nu steeds meer dat dat ook moet kunnen. Het is een manier om moeilijke momenten uit de afgelopen jaren te verwerken en hopelijk een plekje te geven. Dit is geen sentimenteel stuk waarmee ik meelij vraag, in tegendeel. Ik zou alleen maar (tegen onder anderen de moeders die contact met mij hebben gezocht in het afgelopen jaar en in eenzelfde situatie zitten) willen zeggen: je hoeft niet altijd sterk te zijn, we hebben het al moeilijk genoeg. Erkennen dat je niet altijd sterk bent en emoties toelaten maakt je ook een goede moeder…