Ik stevende af op een burn-out. Zo voorkom je dat jij op hetzelfde pad raakt!
Steeds vaker hebben jonge mensen – soms zelfs studenten – last van een burn-out. Afgelopen maanden heb ik bijna wekelijks een artikel over dit topic voorbij zien komen. Nu is de vraag: is het een trend en populaire term die snel in de mond wordt genomen of keiharde realiteit?
Ik weet dat vooral de oudere generatie mij en mijn leeftijdsgenoten (generatie Y of ook wel generatie Millenials genoemd) als jongeren zien die de werkmentaliteit zijn verloren en niets kunnen hebben. Hoe kan een moeder, blogger of iemand die parttime werkt nou weer overspannen raken en in een burn-out terecht komen?! Ik raakte dit jaar zelf overspannen en zat tegen een burn-out aan te hikken. Ik zag het totaal niet aankomen. Ik had immers geen baan buitenshuis. En toch was ik in juli totaal opgebrand en mezelf uit het oog verloren.
De vraag is natuurlijk, hoe raak je overspannen? Hoe kom je in een burn-out terecht? Wat is het verschil tussen overspannen zijn en in een burn-out zitten? Kun je het zien aankomen en nog belangrijker, kun je het voorkomen. In dit artikel vertel ik je wat meer over mijn persoonlijke situatie en geef ik je graag tips.
Maar voordat ik daarmee begin: zit jij tegen een burn-out aan en verwacht je hier het komende jaar voor behandeld te moeten worden? Check dan even goed je zorgverzekering. Tot eind van het jaar kun je deze namelijk nog aanpassen. Veel psychologische hulp valt onder de aanvullende verzekeringen. Zo kun je bij de zorgverzekering van FBTO kiezen voor de extra module Conditie & Fitheid, die onder andere psychologische begeleiding, mindfulness trainingen en een online slaapcursus vergoedt. Dit zijn stuk voor stuk onderdelen die kunnen helpen een burn-out te voorkomen of te genezen.
Totaal opgebrand
Mijn oudste had net een week zomervakantie toen bij mij het licht totaal uit ging. Ik weet nog dat ik op de bank zat en er helemaal doorheen zat. Ik was kapot en wilde het liefste mijn bed weer in kruipen terwijl ik er net uit was. Ik trok het gehuil van de jongste niet en kon het gezellige gebabbel van mijn oudste zoon niet hebben. De gedachte dat ik 6 weken lang voor mijn kinderen moest zorgen, maakte me gek en het enige wat ik nog voelde was paniek. Ik wilde vluchten en het liefste liep ik gelijk de deur uit om mijn kinderen alleen thuis achter te laten.
Het eerste jaar van mijn jongste telg en alles wat zich daarvoor en tijdens had afgespeeld had er ontzettend ingehakt. Dat merkte ik psychisch al en daarom zat ik in april bij mijn huisarts om een doorverwijzing te vragen voor een psycholoog. Als iemand met een verleden van depressies voelde ik dat ik steeds minder geluk uit de kleine dingen kon halen en nergens zin in had. Dan kun je er maar beter op tijd bij zijn, want de wachtlijst voor psychologische hulp bleek minimaal 12 weken te zijn.
Wat de echte druppel was tot mijn inzinking in juli en één van de grootste oorzaken, was toch wel het feit dat ik al bijna een jaar geen één keer een nacht van meer dan 5 uur had geslapen, doordat mijn kleinste maar niet wilde doorslapen. Als moeder diende ik de ballen hoog te houden en als ik heel eerlijk ben, legde ik de lat zelf ook erg hoog. Te hoog. Ik wilde dat het huis spik en span was, mijn baby perfect verzorgen en alle tijd & liefde geven die hij verdiende, mijn blog goed laten lopen en opdrachten aannemen, mijn oudste aandacht geven, de moeder zijn die leuke knutsels maakt en met haar kinderen koekjes bakt en een extra inkomen generen door als freelancer aan de slag te gaan.
De moeder van nu vs. de moeder van toen
Het zorgde er bij mij voor dat ik mezelf vergat en niet door had, dat ik langzaam op aan het raken was. En ik denk dat dit voor heel veel (werkende) moeders herkenbaar is. Onze ouders en grootouders konden vaak prima rondkomen van één inkomen. Onze moeders bleven thuis en zorgde voor het huishouden en de kinderen en waren eventueel luizenmoeder. Ik denk eerlijk gezegd echt niet dat onze opa’s en oma’s zich bezighielden met in hoeverre hun kind zich emotioneel goed zouden ontwikkelen. Als ze maar gezond waren en uiteindelijk een baan kregen zodat ze zichzelf konden onderhouden.
Tegenwoordig wordt er van moeders (en vaders) veel verwacht. Je dient parttime of zelfs meer te werken zodat je gezin kan rondkomen, je moet je huishouden bijhouden, de kinderen verzorgen, een sport doen om fysiek gezond te blijven, je sociale verplichtingen bijhouden, een goede partner zijn, een gezellige vriendin zijn, je kinderen naar hun sport of hobby’s brengen, leuke traktaties in elkaar zetten en het liefste ook nog op school mee helpen. Tja, als je het rijtje zo ziet, is het eigenlijk niet zo gek dat steeds meer moeders met een burn-out thuis komen te zitten…
Hoe herken je een burn-out?
Een burn-out kan verstrekkende gevolgen hebben. Niet alleen voor jezelf, maar natuurlijk ook voor je gezin, familie en werkgever. Om een burn-out te voorkomen, is het belangrijk om te weten wat een burn-out is.
Een burn-out is een vorm van overspannen zijn, waarbij je je zo uitgeput voelt dat je thuis en op het werk niet meer (goed) functioneert. Het verschil met overspannen zijn, is dat je bij een burn-out langer dan een half jaar last hebt van fysieke en psychische klachten. Denk hierbij aan slecht slapen, continu uitgeput zijn (zowel fysiek als psychisch), moeite hebben met drukte om je heen, gespannen zijn, piekeren, nergens zin in hebben, concentratieproblemen, geheugenproblemen en hoofdpijn hebben, geen oplossingen meer zien, geen behoefte hebben aan seks, angstig zijn, depressieve gedachten hebben en een verminderde weerstand hebben.
Het is nogal een lijstje, waar je niet echt vrolijk van wordt. Van een burn-out kan je uitzichtloos worden, maar gelukkig is een burn-out goed te behandelen met een actieve aanpak.
Een burn-out behandelen.
Een burn-out behandelen kost tijd. Veel tijd. Het belangrijkste is dat je in ieder geval actief aan de slag gaat met een huisarts, bedrijfsarts en/ of psycholoog. Vaak wordt er dan een behandeling opgestart die ongeveer deze opbouw heeft:
– Allereerst tot rust komen. Je werk en andere activiteiten en verplichtingen moeten op een laag pitje gezet worden.
– Het is belangrijk om structuur in je dag te blijven houden want van continu in bed liggen word je niet beter. Je moet op vaste tijden op staan, eten en drinken, bewegen en gaan slapen.
– Je kunt je energie beter in dingen steken die je leuk en ontspannend vindt of waar je voorheen in ieder geval energie van kreeg. Verplichtingen komen later wel weer. Je moet weer plezier leren krijgen in de dingen die je doet.
– Als je tot rust gekomen bent is het aan te raden met bijvoorbeeld een psycholoog in kaart te gaan brengen wat je burn-out veroorzaakt heeft. Op die manier kun je valkuilen leren herkennen en kun je op die manier in het vervolg voorkomen dat je overbelast raakt.
– Als je je beter voelt, kun je geleidelijk weer aan het werk gaan. Eerst een paar uurtjes en bijvoorbeeld met andere werkzaamheden. Vanuit daar kun je dan je uren en taken uitbreiden. Als je niet werkt kun je gaan kijken welke werkzaamheden je thuis kunt oppakken en uitbreiden.
Een burn-out voorkomen
Voorkomen is natuurlijk beter dan genezen. Heb je het gevoel dat je overbelast raakt of bent, dan is het verstandig je te verdiepen in je daginvulling en werkzaamheden, om erachter te komen wat ervoor zorgt dat jij jezelf overvraagt of dat een ander je overvraagt. Voor iedere persoon is dit weer anders. Toch zijn er een aantal algemene dingen die je kunt doen om te voorkomen dat je overspannen raakt en in een burn-out terecht komt.
– Zeg nee als je geen tijd hebt of er geen energie voor hebt. Leer prioriteiten te stellen. Jij, je gezondheid en die van je gezin staan op nummer 1!
– Zorg voor structuur in je dag. Doe alles op gezette tijden.
– Zorg dat je genoeg slaap krijgt. Ja dit is makkelijker gezegd dan gedaan, zeker als je (jonge) kinderen hebt. Maar je kunt bijvoorbeeld op tijd naar bed gaan (ook al is dat misschien saai) als je te weinig slaap krijgt of ervoor zorgen dat je voor het slapen gaan niet teveel prikkels krijgt.
– Zorg dat je genoeg beweging krijgt. Dat hoeft niet gelijk te beteken dat je 3 keer per week los gaat in de sportschool. Elke dag een halfuur tot een uur wandelen of fietsen helpt al enorm!
– Ga af en toe op stand-by. Leg je telefoon weg en kijk eens een keer geen tv. Ga bijvoorbeeld een boek lezen, muziek luisteren of wat creatiefs doen. Vooral die laatste activiteiten blijken heel helpend te zijn in het voorkomen van een burn-out!
Bron: gezondheidsnet.nl