Sinds mijn eerste stedentrip naar Valencia in 2015 ben ik verliefd geworden op deze mooie stad in Spanje. Het heeft alles in zich voor een geweldige trip en voor ieder wat wils. Je kunt zon, zee en strand perfect combineren met cultuur. En vergeet natuurlijk niet het heerlijke eten!
Vorig jaar lente ging ik terug naar het Zuiden van Spanje om mijn vriend te laten zien waarom ik zo enthousiast was en ben over Valencia. In deze reisgids vertel ik wat de highlights van Valencia zijn en welke bezienswaardigheden je absoluut moet hebben gezien!
Spring gelijk naar…
Turia Park
Jardines de Turia – of het Turia Park zoals wij het noemen – is misschien wel één van de opmerkelijkste plekken in Valencia.
Oorspronkelijk was de Turia een rivier, die als slagader door Valencia liep. Op 14 oktober 1957 stroomde hij over, waarbij ruim 400 mensen het leven lieten en de stad veel schade opliep. Na de ramp werd besloten de rivier naar een locatie buiten de stad te leiden. Plannen om een snelweg door de stad te leggen haalde het niet. De eerste decennia’s was het een verpauperd gebied, maar in de jaren 80 kreeg de voormalige rivier een groenbestemming.
Vandaag de dag strekt het park zich uit over ongeveer 9 kilometer. Het dient als ontmoetingsplek en recreatiegebied. Er is prachtig groen aangelegd en herbergt fonteinen, sportvelden, een kermis, botanische tuin en ga zo maar door. Het einde van het Turia Park mond zich uit in de Stad van Kunsten en Wetenschappen.
Het park is heerlijk om doorheen te wandelen, maar ook om te fietsen. Met mijn zusje huurde ik fiets (voor 4 personen) om op die manier het park te ontdekken. Het is één van de leukste dingen die ik in Valencia heb gedaan. Je kunt natuurlijk ook een gewone fiets huren bij een fietsverhuurbedrijf om Valencia en het park te verkennen.
Zoals ik net al zei, bevindt zich aan het einde van Jardin del Turia, de Stad van Kunste en Wetenschappen: Ciudad de las Artes y Ciencias. Het is een verzameling van mooie architectonische gebrouwen, die elk een eigen doel dienen.
De gebouwen werden ontworpen door Santiago Calatrava. Oorspronkelijk was er voor deze gebouwen €330.000.000 begroot. Na de oplevering zo’n 20 jaar later, bleek dit bedrag echter verdriedubbeld (!) te zijn. Het is dus maar goed, dat het dagelijks duizenden bezoekers trekt.
L’Hemisfèric
Het eerste gebouw heeft de vorm van een oog. De buitenste ring is bedoeld voor evenementen. In het middelste deel vind je een IMAX 3D bioscoop. Met behulp van drie projectieschermen hebben de makers het mogelijk gemaakt om een scherm van 900 m² te creëren die over de hele zaal loopt.
![ynfhv5vy258059.jpg.[pr]](/wp-content/uploads/2019/04/ynfhv5vy258059.jpg.pr_-e1554823435362.jpg?fit=600%2C401&ssl=1)
Palau de les Arts Reina Sofia
Het tweede gebouw wordt in de volksmond het Opera gebouw genoemd omdat het voornamelijk wordt gebruikt voor opera’s (maar ook voor ballet en theater). Het immense gebouw heefte en oppervlakte van circa 40.000 m2 en een hoogte van 75 meter. Het is mogelijk om een rondleiding door het gebouw te krijgen en de verschillende zalen en ruimtes te zien.
L’Umbracle
Het L’Umbracle is nog zo’n prachtig gebouw. Het heeft een skeletachtige contructie en is bekleed met opvallende blauw-witte tegels. Tijdens een wandeling in dit 320 meter lange gebouw zie je voornamelijk palmbomen en sinaasappelbomen. In de zomermaanden wordt de locatie gebruikt voor een hippe markt of als openluchtdiscotheek.
Museo de las Ciencias Príncipe Felipe
Het grootste gebouw is een wetenschapsmuseum van 26.000 m² en heeft de vorm van een walvisskelet. Doordat het interactief is, is het leuk voor jong én oud. Hun slogan is dan ook: Verboden niet aan te raken, niet te voelen en niet te denken. De exposities zijn in het Spaans en Engels en voor kinderen zijn er genoeg activiteiten te doen.
L’Oceanogràfic
L’Oceanogràfic is het grootste aquirium van Europa en absoluut één van mijn favoriete plekjes in Valencia. Niet alleen doordat het gebouw erg mooi is, maar ook omdat er genoeg te zien valt. Het L’Oceanogràfic heeft maar liefst 500 diersoorten en 40.000 dieren. Vooral de dolfijnenshow en tunnel van maar liefst 70 meter lang in het aquarium zijn erg indrukwekkend!
Agora
Het Agora is het laatst voltooide gebouw van de zes en werd afgerond in 2009. Het is al vanaf grote afstand te herkennen aan de donkerblauwe trencadís tegeltjes (die veelvuldig zijn gebruikt door Gaudí) en ellipsvorm. Het overdekte gedeelte heeft een oppervlakte van maar liefst 4.800 m² en er worden alleen exclusieve evenementen gehouden. Helaas is het daardoor niet mogelijk het gebouw vanbinnen te kijken.
Tip!
Het wordt nog al eens vergeten: het afsluiten van een reisverzekering. Toch wil ik je adviseren een verzekering af te sluiten. Je denkt dat het je niet overkomt, maar zo zal het maar net gebeuren dat jij of je partner een (zwaar) ongeval krijgt en medische hulp nodig hebt, dat je bestolen wordt, of dat er onverhoopt schade is aan je bagage of vakantieverblijf. Dit zijn zaken die een standaard reisverzekering dekt.
Voor het afsluiten van een reisverzekering heb je twee opties. De eerste is een langdurige reisverzekering is ideaal voor als je meer dan 3 weken per jaar (naar het buitenland) op vakantie gaat. De tweede optie is een kortlopende reisverzekering. Deze is handig als je minder dan twee weken per jaar op vakantie gaat of als je snel een verzekering wilt afsluiten voor je weekendje weg.
Ben je benieuwd naar de kosten? Je kunt gemakkelijk reisverzekering vergelijken en informatie winnen.
Het Mercado Central is één van de grootste overdekte markten in Europa. Wat in de 19e eeuw begon als een straatmarkt, werd uiteindelijk in 1928 een overdekte markt. De markt heeft plek voor 959 kraampjes en is 8.160 m2. De markt is opgedeeld in twee delen. Eén deel is voor brood, groenten, vlees, kruiden, vruchten etc. Het andere gedeelte is de vismarkt.
Het is zeker de moeite om de markt te bezoeken. Je koopt er voor een appel en ei heerlijke kruiden en kunt bij verschillende kraampjes een verfrissend fruitsapje krijgen. Bij de viskramen liggen de meest bijzondere en grote vissen en andere zeedieren.
Vergeet ook zeker niet het gebouw zelf te bewonderen. Dat bestaat uit ijzer, glas en keramiek. De buitenkant is betegeld met blauw en gele keramieken tegels. Vooral de glazen koepel is adembenemend.
Valencia heeft veel mooie ‘plazas’, oftewel pleinen. Een aantal bekende, maar ook wat minder bekende die de moeite waard zijn om te bekijken.
Plaza de la Reina
Plaza de la Reina betekent letterlijk ‘het plein van de koningin. Koning Alfonso XII en Maria trouwden in 1978 en als cadeau werd dit plein voor hen gemaakt. Het is tevens één van de bekendste pleinen. Dat komt omdat je aangrenzend aan het plein, de kathedraal vindt. De oorsprong van deze kathedraal gaat terug tot in de 13e eeuw na Christus.
Wat dit plein ook zo populair maakt, zijn de vele restaurantjes en bars met terrassen. In de zijstraat van het plein vind je leuke kleine boetiekjes.
Plaza Ayuntamiento
Plaza Ayuntamiento is waarschijnlijk het bekendste plein in Valencia omdat het zo centraal gelegen ligt. Het betekent letterlijk ‘gemeenthuisplein’. Hier vind je het stadhuis en postkantoor, die zowel van buiten als vanbinnen erg mooi zijn.
Op het plein staan vele bloemententjes, bankjes en een fontein die ‘s avonds wordt verlicht.
Plaza de la Virgen
Het mooiste plein van Valencia is misschien wel het Plaza de la Virgen. Het ligt achter de kathedraal van Valencia en is een populaire bezienswaardigheid vanwege de grote fontein. In de fontein wordt de Turia rivier weergeven. Eromheen staan acht naakte vrouwen die voor de belangrijkste irrigatiekanalen uit de provincie Valencia staan.
Een ander belangrijk gebouw op het plein is de basiliek die tussen 1652 en 1667 werd gebouwd. De basiliek is toegewijd aan beschermheilige van de stad: Virgen de los Desamparados. Daar komt dus de naam van dit plein vandaan. De basiliek is te herkennen aan de blauwe koepel.
Uiteraard kun je ook aan dit plein lekker een terrasje pakken of een hapje eten.
Plaza de Toros
Je had het misschien al kunnen raden, maar Plaza de Toros betekent letterlijk “Plein van de stieren. Het is een arena die gebouwd is rond 1850 en waar vandaag de dag nog steeds stierengevechten worden gehouden. Dit gebeurd voornamelijk tijdens het Fallas festival in maart. Daarbuiten wordt de arena gebruikt voor markten, evenementen en het circus.
Eén van de grootste voordelen van een stedentrip naar Valencia is dat je cultuur kunt combineren met strand. De stad heeft drie stranden, die allemaal even schoon zijn. Daarnaast zijn er verschillende voorzieningen. Denk aan parasol en ligbedden verhuur, strandtentjes, restaurants en bars. Vanaf de haven loop je langs de boulevard langs de stranden.
Malva-Rosa is het noordelijke stadsstrand. Het is ongeveer een kilometer lang en 135 meter breed.
Las Arenas ligt ten zuiden van La Malvarossa, naast de haven van Valencia. Doordat er hier veel voorzieningen zijn en het dichter bij het centrum ligt, is het hier vaak wat drukker. Dit strand is ongeveer even groot als Malvarosa.
Patacona is het strand na Las Arenas. Het ligt achter een pier en is het meest rustige strand. Locals gaan om die reden vaak naar dit strand.
Valencia als stad werd gesticht in het jaar 138 v.Chr. door de Romeinen. Van toen is er natuurlijk niet zoveel meer te zien, maar afgelopen eeuwen zijn er heel wat mooie gebouwen gebouwd, die we nu nog steeds kunnen bewonderen. Dit lijstje bevat de meest mooie en bijzondere gebouwen, naast de kathedraal, de arena en het stadhuis.
La Lonja de la Seda
La Lonja de Seda werd tussen 1482 en 1533 gebouwd en was erg belangrijk voor bewoners en inkopers uit de omgeving, omdat het als zijdebeurs werd gebruikt. La Seda betekent ‘zijde. Sinds 1996 staat het op de UNESCO Werelderfgoedlijst.
De binnenkant is één grote ruimte. Aan de buitenkant zie je bovenin allerlei bijzonder beelden.
Torres de Quart & Torres de Serranos
In Valencia zijn twee stadspoorten blijven staan die deel uit maakten van de Middeleeuwse stadsmuur: Torres de Quart en Torres de Serranos. In de Quart poort zitten zelfs nog kanonskogelgaten uit de Spaanse Burgeroorlog.
Torres de Serranos is eigenlijk de poort waarbij je het historisch centrum in of uit loopt.
Binnen de torens zijn een aantal ruimtes die je kunt bewonderen
Estacion del Norte
Het station bevindt zich naast Plaza del Torres. Het Estacion del Norte is het eerste station van Valencia en werd gebouwd in 1851. Toen bevond het zich echter nog op het Plaza Ayumentamiento. Dit station was echter te klein en daarom werd op de huidige locatie dit station gebouwd. De bouw werd afgerond in 1917.
Aan de buitenkant zijn bloemen, sinaasappels en oranjebloesem te zien. De kleuren uit het stadswapen komen steeds terug. De arend, die bovenop het gebouw staat, staat symbool voor snelheid.
In de binnenkant zie je de bekende mozaïekstijl trencadis terug.
Het klooster San Miguel de los Reyes
Buiten het centrum van Valencia ligt het klooster van San Miguel de los Reyes. Het is een monument in Renaissance stijl en het werd gesticht in de 16e eeuw.
Het gebouw had naast de functie van een klooster, ook een functie als bejaardentehuis, gevangenis en openbare Sinds 1999 dient het als Valenciaanse bibliotheek.
Eén van de grootste redenen waarom ik zo van Valencia ben gaan houden, is vanwege de pleintjes en parken. Valencia heeft twee parken die er voor mij echt uit springen, waarvan er één echt een verborgen parel is, waarvan maar weinig mensen weten dat hij bestaat.
Jardines Real
De grootste tuin van Valencia is Jardines Real. Het maakte tot aan de 19e eeuw deel uit van het Koninklijk Paleis. De tuin staat vol met fotogenieke plekjes met fonteinen, beelden, groen en een volière.
Jardines de Montforte
Jardines de Montforte is mijn all time favoriete plekje. Het ligt behoorlijk verborgen en het is even zoeken, maar het is die zoektocht 100% waard!
Het park is rond 1870 ontstaan als één van de eerste boomgaarden. Sinds 1941 is de Jardines de Montforte een beschermde tuin. In 1970 is het park doorgegeven aan de gemeente en is het neoklassieke paleis gerestaureerd.
Doordat deze tuin een beetje verstopt ligt, is het er altijd heerlijk rustig. Hierdoor kun je op het gemak doorheen wandelen, foto’s maken of een boek lezen op een bankje.
Vanaf mei staat de bougainvillea-tunnel helemaal in bloei en dan is het park ook op zijn mooist! Geen wonder dat hier vaak trouwfoto’s of foto’s voor communie worden genomen.
Valencia heet ontzettend veel tapasrestaurants dus uiteraard ga ik een aantal goede eettentjes noemen waar ze lekkere tapas serveren. Naast tapas eten Valencianen veel vis en schaaldieren. Bijvoorbeeld in combinatie met rijst – ook wel paella genoemd. Een gerecht wat oorspronkelijk uit Valencia komt.
Sinaasappelsap
Valencia is de stad van de sinaasappels. Dit komt doordat sinaasappels het beste groeien bij een gemiddelde temperatuur van 23 °C. In de Comunidad Valencia staan ontzettend veel sinaasappelbomen. De sinaasappels uit Valencia zijn sappiger dan andere sinaasappels en zijn daarom perfect om te persen.
Vergeet dus zeker niet een glaasje sinaasappelsap te drinken. Bijvoorbeeld bij de lunch. Ik kan je verzekeren dat het misschien wel het lekkerste glas Naranja is wat je ooit gaat proeven!
Agua de Valencia
Agua de Valencia is hét drankje van Valencia. Het betekent ‘water van Valencia’ wat gek is, want er zit geen water in. In de cocktail gaat sinaasappelsap, wodka, cava, gin en suiker. Het is een heerlijk verfrissende cocktail die is bedacht door Constante Gil. Hij was mede-eigenaar van café Cervecería Madrid de Valencia en bedacht in 1959 het drankje.
Je kunt de cocktail bij de meeste restaurants en bars krijgen, maar volgens de familie van de bedenker moet je bij café Sant Jaume zijn voor de beste versie.
Paella
Paella is één van de bekendste gerechten uit de Spaanse keuken en komt uit Valencia. Het is oorspronkelijk een lunchgerecht. In de regio Valencia kun je kiezen uit drie varianten: Paella Valenciana, met kip en konijn, Paella de Marisco met zeevruchten of Paella Mixta, wat met vlees en vis is.
Echt verse paella krijg je in een grote paella-pan op tafel geserveerd. Vaak duurt dit zo’n 30 minuten. De hoeveelheid is afhankelijk van het aantal personen wat mee eet en je schept steeds een beetje op je bord. Krijg je de paella al na 10 minuten? Dan kun je ervan uit gaan dat de paella niet vers is bereid.
Eén van de beste restaurants gespecialiseerd in paella is Casa Carmela, gelegen aan het strand. Omdat paella een lunchgerecht is, is het restaurant ook alleen tussen 13:00 en 16:00 open.
Als je in het centrum bent, kun je bij Palace Fesol terecht voor goede paella. Dit restaurant is ook ‘s avonds open.
Tapas
Zoals in veel Spaanse steden, kun je ook in de stad van de sinaasappels genieten van allerlei kleine hapjes – tapas. Er zijn ontzettend veel restaurants te vinden waar je heerlijke tapas kunt eten, maar er zitten uiteraard ook mindere bij.
Daarnaast is er ook vaak een verschil tussen tapasketens en ‘gewone’ restaurants. Bij tapasketens kun je vaak goedkoop best goede tapas eten, maar het heeft vaak wat weg van een all-you-can-eat tent. In de overige restaurants zijn de tapas vaak wat luxer en uitgebreider.
Lizarran is een voorbeeld van een tapasketen. In heel Valencia vind je deze tapas restaurants. Authentieke tapas restaurants zijn El Rebujito, El Albero, Casa Montana en Maria Mandiles. Andere aanraders waar je heerlijke, traditionele tapas kunt eten, maar waarvan de restaurants modern zijn ingericht Café & Tapas, Sagardi, Mercatbar en El Almacen NCR.
Valencia is al jaren een enorm populaire bestemming. Er zijn dus genoeg hotels, appartementen en hostels waar je kunt verblijven.
Tip!
Ik vond mijn verblijven beide keren via Booking.com. Als je 5 dagen naar Valencia gaat en een vier-sterren hotel voor 4 nachten boekt, ben je tussen de 350-500 euro kwijt. Boek je je verblijf via AirBnB, dan ben je voor een mooi appartement in het centrum tussen de 200-350 euro kwijt.
Hotel Silken Puerta Valencia
De eerste keer verbleef ik in vier-sterren Hotel Silken Puerta. Het bevindt zich in de wijk Albors, op ongeveer 11 minuten vanaf het strand en 10 minuten rijden vanaf de populaire markthal. Het hotel is super schoon, heeft mooie ruime kamers en ligt in een rustige omgeving.
In juli betaal je voor 4 nachten in een comfortkamer tussen de 350 en 400 euro.
Hotel Dimar
De tweede keer verbleef ik in vier-sterren hotel Hotel Dimar, gelegen in de wijk La Gran Via. Het ligt op 9 minuten rijden vanaf de markthal en 12 minuten vanaf het Malvarossa strand.
Ook dit hotel was erg schoon, met een ruime kamer en super vriendelijk personeel. In de omgeving heb je veel leuke eettentjes en je bent zo in het oude centrum.
In juli betaal je voor 4 nachten in een tweepersoonskamer tussen de 350 en 400 euro.
Ik hoop dat je wat aan mijn ‘To Do in Valencia’ lijst heb en dat ik je enthousiast heb gemaakt om deze mooie stad te bezoeken!
Om het voor jou nog makkelijker te maken heb ik alle bezienswaardigheden, restaurantjes, tuinen, pleinen en beste hotels in de kaart hieronder gemarkeerd. Zo kun je tijdens je trip in Valencia, dit artikel + de kaart bij de hand houden. Je kunt de bezienswaardigheden stuk voor stuk selecteren als je links bovenin op het icoontje klikt. Je kunt tevens (loop)routes maken en de kaart openen in google maps zelf als je rechts bovenin op het icoon klikt.
